“Maak nu eens écht werk van een integraal voedselbeleid”

12-05-2022

Werk toe naar een meer integraal voedselbeleid, formuleer duidelijkere doelen, en onderzoek ook ‘hardere’ beleidsinstrumenten (zoals prijsmaatregelen en een strengere normering rondom marketing). Dat zijn de belangrijkste aanbevelingen uit onze beleidsevaluatie van de Voedselagenda 2016-2020.

Zorgen voor een ecologisch houdbaar en robuust voedselsysteem, dat voorziet in voldoende, veilig, gezond en duurzaam geproduceerd voedsel, bereikbaar voor iedereen: in een notendop was dat het overkoepelende doel van de in 2015 gepresenteerde Voedselagenda, die als basis diende voor het Nederlandse voedselbeleid in de periode 2016-2020.

In opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) voerde Regioplan onlangs een evaluatie uit van dat beleid. In hoeverre was het Nederlandse voedselbeleid doeltreffend? En: hoe doelmatig was het?

Tientallen gesprekken

Het idee achter de Voedselagenda was om te komen tot een integraal voedselbeleid vanuit de ministeries van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwaliteit (LNV) en Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Onderzoeker Denise Bijman blikt terug: “Om meer zicht te krijgen op dat beleid, hebben we tientallen gesprekken gevoerd: met beleidsmedewerkers van beide ministeries, maar ook met mensen uit de uitvoering, voedselexperts en met private partijen. Ook hebben we talloze documenten – zoals voortgangsverslagen en projectplannen – geanalyseerd.”

Geen integraal beleid

“Onze belangrijkste bevinding? Van een écht integraal voedselbeleid, waarin het hele voedselsysteem wordt meegenomen en de thema’s duurzaamheid en gezondheid aan elkaar verbonden worden, is – mede door politieke wisselingen van de wacht – geen sprake geweest. Wel is er incidenteel, op onderliggende activiteiten, samengewerkt door de twee ministeries.”

“Verder bleek het – door het ontbreken van concrete doelstellingen – lastig om écht gegronde uitspraken te doen over de effectiviteit van het beleid.”

Bewustwording

Vanuit LNV en VWS is vooral ingezet op zaken als netwerkvorming, op kennisoverdracht over gezonde en duurzame voeding en op innovatie, schetst Denise. “Uit ons onderzoek blijkt dat al die verschillende activiteiten op zich hebben bijgedragen aan iets meer bewustwording op deze onderwerpen. Tegelijkertijd hebben we geconstateerd dat het totale budget van 20 miljoen bij lange na niet toereikend was om álle opgaven van de Voedselagenda op te pakken.”

Vijf aanbevelingen

Op basis van de bevindingen is het onderzoeksteam uiteindelijk gekomen tot vijf aanbevelingen, schetst Denise. “Onze eerste aanbeveling is om nu eens écht werk te maken van een integraal voedselbeleid, gefocust op duurzaamheid én gezondheid. In het verlengde daarvan adviseren we om duidelijkere doelen te formuleren, zodat het ook makkelijker wordt om te bepalen in hoeverre het gevoerde voedselbeleid doeltreffend is geweest.”

Hardere instrumenten

“Verder is de afgelopen periode vooral ingezet op ‘zachtere’ beleidsinstrumenten, zoals kennisoverdracht en bewustwording. Wij denken dat ‘hardere’ maar politiek gevoeligere instrumenten, zoals het belasten van suiker en vlees en een strengere normering rondom marketing, onder de streep meer doen om consumenten richting gezonde en duurzame voeding te bewegen.”

“Ten slotte doen we de aanbeveling om beter na te denken over de implementatie van maatregelen – welke samenwerking is nodig en wie voert de regie? – en om eerder te evalueren: niet alleen aan het einde, maar ook gedurende de rit.”

In de kamerbrief over de evaluatie van de Voedselagenda wordt een reactie gegeven op elk van de vijf aanbevelingen die zijn gedaan in het onderzoek.

Aanpak Voedselverspilling

Naast deze overkoepelende evaluatie van de Voedselagenda voerde Regioplan aparte deelevaluaties van de aanpak Voedselverspilling en het Nationaal Actieplan Groenten en Fruit (NAGF). Hier was de algehele teneur vrij positief, vertelt Denise. “De aanpak Voedselverspilling leidde tot meer inzicht in de mate waarin voedsel wordt verspild. Daarnaast zijn met consumentencampagnes en voorlichting veel mensen bereikt, wat ertoe geleid heeft dat de verspilling onder huishoudens volgens de beschikbare monitoringgegevens ook is gedaald.”

Groente en fruit

“Verder laat het huidige onderzoek zien dat het Nationaal Actieplan Groenten en Fruit (NAGF) – met initiatieven als Veggipedia en de campagne Ga voor Kleur – ertoe heeft geleid dat verschillende acties rondom het stimuleren van het eten van groente en fruit zijn verzameld, verbonden, verrijkt en verspreid. Tegelijkertijd laten de cijfers over de consumptie van groenten en fruit over de laatste jaren een wisselend beeld zien over de mate waarin de consumptie daadwerkelijk is toegenomen.”

Meer weten?

Neem dan contact op met Denise.