Werkveld: Arbeid en sociale zekerheid
Doe snel iets aan mensen in de bijstand
Op 16 juli 2009 beargumenteert Roeland van Geuns in de Volkskrant dat de crisis leidt tot een toenemende aandacht voor nieuwe werklozen, de werkpleinen, de mobiliteitscentra en de deeltijd-WW. Ten onrechte is daarbij (nog) geen aandacht voor de gevolgen van de crisis voor de bijstandspopulatie en de gemeentelijke uitvoering van de bijstand.
Door een toename van de werkloosheid zal ook het aantal bijstandsgerechtigden scherp oplopen. Immers, een deel van de WW’ers stroomt door naar de bijstand. Deze trend wordt versterkt door het feit dat de duur van de WW recentelijk is ingekort. Daarnaast zijn er de afgelopen jaren steeds meer mensen actief geworden als zelfstandige zonder personeel. Deze groep is niet verzekerd tegen werkloosheid en moet dus bij het wegvallen van alle inkomsten direct een beroep doen op de bijstand.
Hierdoor zal de bijstandspopulatie de komende twee à drie jaar met minimaal honderdduizend personen toenemen. Tegelijkertijd neemt het budget dat gemeenten krijgen voor de begeleiding van deze groep mensen af. Juist bijstandsgerechtigden hebben goede ondersteuning echter hard nodig. Voor de betrokkenen, hun inzetbaarheid op de arbeidsmarkt op langere termijn én voor de leefbaarheid in en van gemeenten is het cruciaal dat er niet weer een
bestand ontstaat van honderdduizenden mensen die langdurig in de bijstand zitten en die geen enkele band meer hebben met de arbeidsmarkt.
Daarom is het belangrijk dat er niet alleen geld en aandacht naar het UWV gaat. Ook gemeenten moeten de financiële ruimte houden hun burgers actief te houden en voor te bereiden op het moment waarop de arbeidsmarkt weer aantrekt. Nu bezuinigen leidt slechts tot het betalen van een veel hogere prijs over een paar jaar. Juist de zwakste groepen op de arbeidsmarkt hebben ondersteuning nodig om straks weer te kunnen werken.
35 min op weg naar werk
Meer 35minners dan voorheen slagen erin om na afwijzing van hun WIA-claim aan het werk te blijven. Dit is een van de conclusies van het onderzoek dat Regioplan eind 2008 in opdracht van de Stichting van de Arbeid heeft uitgevoerd. Blijkbaar slagen werkgevers en werknemers er steeds beter in een oplossing binnen of buiten de organisatie te vinden als na twee jaar ziekte de werknemer niet in aanmerking komt voor een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Maar loont het eigenlijk wel om je in te spannen voor een groep van niet meer dan 15.000 werknemers?
Evaluatieonderzoek Brief op bestelling 2006
In opdracht van UWV heeft Regioplan de uitrol van de pilot Brief op bestelling (BOB) geëvalueerd. In deze pilot hebben adviseurs van CWI (en UWV) bonnen uitgedeeld aan, voornamelijk, WW-cliënten. De cliënt kon met deze bon een op maat gemaakte sollicitatiebrief en CV bestellen bij het bedrijf BOB. In totaal hebben 3604 werkzoekenden een bon ontvangen. 1726 werkzoekenden hebben van dit aanbod gebruikgemaakt.
Voor de mensen die al wat langer in de WW zitten blijkt het instrument BOB effectief te zijn. Voor de recente WW’ers is geen effect gevonden van het instrument.
Uit de bakken, aan de bak
Bij de behandeling van het verdeelmodel voor het werkdeel van de WWB in de Tweede Kamer kwam de vraag naar voren of dit verdeelmodel wel voldoende rekening houdt met probleemcumulatie. Ofwel, compenseert het verdeelmodel wel in voldoende mate voor een verschil in samenstelling van de gemeentelijke bijstandspopulatie? Deze vraag is door SEO in samenwerking met Regioplan onderzocht.
In dit onderzoek is gekeken naar mensen zonder startkwalificatie, mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt, mensen met een taalachterstand, verslaafden, dak- en thuislozen, arbeidsgehandicapten en nuggers.
Uit het onderzoek bleek dat het moeilijk is om de behoefte van een gemeente aan reintegratiemiddelen precies te bepalen. Idealiter wordt per bijstandsgerechtigde bepaald hoeveel het kost om deze persoon te begeleiden naar een baan. Dit is momenteel niet mogelijk. Er is slechts een beperkt inzicht in prijzen van reïntegratie, evenals in het (netto)-effect van reïntegratie en andere middelen die kunnen worden ingezet om bijstandsgerechtigden naar de arbeidsmarkt te begeleiden. Zolang inzicht hierin ontbreekt, blijft het bijzonder moeilijk om de behoefte van een gemeente aan W-deel middelen te bepalen en een verdeelmodel te ontwikkelen dat daarbij aansluit. Het advies is dan ook om te investeren in verzameling van dergelijke gegevens, zodat op termijn een verdeelmodel kan worden ontwikkeld dat nog beter recht doet aan verschillen tussen gemeenten.
Geen diploma of met een handicap, aannemen van mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt
Bedrijven nemen soms mensen in dienst die een grote afstand tot de arbeidsmarkt hebben. Waarom doen bedrijven als NUON en de Schiphol Group dit? Welke eisen stellen ze aan kandidaten? Wat zijn de instrumenten voor succes en welke obstakels komen deze bedrijven tegen? Regioplan Beleidsonderzoek onderzocht de motieven en methodieken van bedrijven die bijvoorbeeld schoolverlaters of gehandicapten in dienst nemen.
De effecten van marktwerking op arbeidsvoorwaarden. Regionaal openbaar vervoer.
In een studie die Regioplan in 2008 voor het ministerie van Economische Zaken heeft verricht, is getracht inzicht te verkrijgen in de effecten van marktwerkingsoperaties op de factor arbeid. Een belangrijke constatering van dat onderzoek was dat er met betrekking tot dit onderwerp een groot gebrek aan gegevens is. FNV en FNV Bondgenoten wilden deze kennislacune graag onderzoeken voor het regionaal openbaar vervoer.Regioplan heeft daarom alle informatie die er is over de effecten van marktwerking op het personeel in de verschillende delen van het openbaar vervoer op systematische wijze met elkaar in verband gebracht en waar nodig en mogelijk aangevuld. Dit onderzoek is onderdeel van een onderzoeksreeks in een vijftal sectoren, te weten: regionaal openbaar vervoer, contractvervoer, thuiszorg, de inburgeringsmarkt en goederenvervoer over het spoor.
Beslagleggen op buitenlands vermogen: theorie of werkelijkheid?
Regioplan onderzocht voor het Internationaal Bureau Fraude-informatie (IBF) van UWV de juridische en praktische haalbaarheid van beslaglegging in het buitenland uit hoofde van bijstandsfraude met verzwegen vermogen in het buitenland. In het septembernummer van het blad Sociaal Bestek is een artikel opgenomen over de uitkomsten van dit onderzoek.
Nieuwe wegen en werken
Dit project richtte zich op het vinden van verbeteringen in de aansluiting op de arbeidsmarkt, met name aan de onderkant daarvan. In het bijzonder hebben wij gekeken naar de rol van de werkgever bij het in dienst nemen van mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt.
De economische crisis heeft de bevindingen (tijdelijk) in een ander daglicht geplaatst, maar het rapport biedt veel aanknopingspunten voor beleidsmakers en werkgevers die zich richten op mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt.
De Wajonger als werknemer, een onderzoek naar duurzame arbeidsparticipatie van Wajongers
De uitval onder werkende Wajongers is hoog. Om het werk te kunnen behouden heeft vrijwel iedere Wajonger (tijdelijk) behoefte aan ondersteuning en begeleiding. Het is dan ook niet zozeer de vraag of een Wajonger ondersteund moet worden, maar hoe en door wie. In het onderzoek “De Wajonger als werknemer” worden vier typen Wajongers onderscheiden. Deze indeling kan helpen om werkende Wajongers de juiste begeleiding te bieden. Het onderzoek heeft naast een rapport ook een handreiking voor werkgevers, leidinggevenden en collega’s opgeleverd. De handreiking bevat tips die kunnen helpen om Wajongers in dienst te houden.
Het onderzoeksrapport en de Wajongwaaier vindt u hieronder als bijlage.
Artsen en de arbeidstijdenwet, Second analyse ATW
In het eerste onderzoek is, in opdracht van de ministeries van VWS en SZW, nagegaan of het vanuit veiligheids-, financiële en organisatorische overwegingen wenselijk of noodzakelijk is om artsen onder de werking van de Arbeidstijdenwet (ATW) te brengen. De arbeidstijden van vooral huisartsen en medisch specialisten blijken vaak sterk af te wijken van de normen uit de ATW en veel artsen ervaren problemen vanwege hun lange werktijden. Desondanks wordt in het onderzoek geconcludeerd dat de ATW geen geschikt instrument is om de problemen rond de arbeidstijden van artsen op te lossen. In vervolg op deze evaluatie is op verzoek van het ministerie van SZW een second analyse uitgevoerd op het datamateriaal. Informatie over dit tweede onderzoek kunt u opvragen bij de contactpersoon.