Informatieoverdracht COA naar asielzoekers
Wanneer asielzoekers aankomen in een asielzoekerscentrum krijgen zij van het Centraal Orgaan Asielzoekers (COA) informatie over verschillende onderwerpen die relevant zijn voor het leven op een azc. Eerder evalueerde het COA de informatievoorziening zelf op basis van gesprekken met COA-medewerkers. Het perspectief van de asielzoekers zelf ontbrak daarin nog. Wat zijn de ervaringen van asielzoekers met de informatievoorziening van het COA? Die vraag stond in ons onderzoek centraal.
Het programma WLCL: vooral veel zenden en weinig afstemming op specifieke groepen
Sinds 2016 is die informatievoorziening ondergebracht in het programma Wonen en leven op de COA-locatie (WLCL). Het programma kent vijf verplichte programmaonderdelen die in principe in de eerste weken na aankomst op de opvanglocatie worden aangeboden, te weten de onderdelen ‘welkom heten’, ‘rechten en plichten’, ‘zorg’, ‘wonen op deze locatie’ en ‘veiligheid’.
Het programma heeft vooral het karakter van veel zenden van informatie, er is weinig sprake van interactie tijdens de bijeenkomsten. De verschuiving naar online informatievoorziening (als gevolg van corona) heeft dit versterkt. De inhoud van de informatieoverdracht in de eerste fase van opvang is in principe hetzelfde voor alle bewoners, er is weinig afstemming op specifieke groepen. Daarnaast blijkt dat de uitvoering verschilt tussen locaties en medewerkers. COA-locaties kunnen (binnen de kaders) de informatieoverdracht namelijk af stemmen op de locatie.
Bepaalde groepen asielzoeker hebben (groot) voordeel in hun communicatie met het COA
Asielzoekers die Nederlands of Engels beheersen worden in de regel goed bediend. De basisinformatievoorziening in het kader van het programma WLCL in de eerste fase van opvang ervaren zij als redelijk adequaat. Zij zijn van mening dat het programma verschillende onderwerpen behandelt die belangrijk zijn om veilig en zelfredzaam te kunnen wonen op het azc en zij vinden dat de wijze waarop de informatie wordt aangeboden over het algemeen begrijpelijk is.
Er zijn echter indicaties dat dit niet voor alle bewoners het geval is. Het COA verwacht een hoge mate van mondigheid en assertiviteit van bewoners voor het stellen van vragen, maar niet iedereen kan of doet dat. Met name asielzoekers die geen Engels spreken of wat terughoudender zijn, lijken hierdoor informatie te missen. Aangezien een flink deel van de bewoners op het azc geen of beperkt Engels spreekt en/of laaggeletterd is, ligt specifieke aandacht voor deze groepen voor de hand.
Belangrijke verbetersuggesties
Belangrijk is de informatievoorziening beter af te stemmen op verschillende groepen, en meer aandacht te hebben voor bepaalde kwetsbare groepen (zoals analfabeten). Daarnaast dient er meer aandacht te zijn voor een goede ‘landing’ van informatie, met name door herhaling en door te controleren of de boodschap goed is aangekomen. Ook zou men beter moeten aan sluiten bij de digitale vaardigheden en behoeftes van asielzoekers – het COA zou kunnen verkennen hoe meer gebruikgemaakt kan worden van social media om informatie over te brengen.
Asielzoekers zelf zeggen meer mogelijkheden te willen om ad-hocvragen te kunnen stellen. Hiervoor zou de informatiebalie ruimere openingstijden kunnen hanteren, en zou de mogelijkheid moeten bestaan om via e-mail vragen te stellen.
Meer weten?
Lees ons rapport of neen contact op met Annemieke.