Mensenhandel zichtbaar maken. Leren van onderzoek in Ede en Utrecht
Gemeenten staan momenteel voor de taak om een lokale aanpak van mensenhandel te vormen. Een belangrijk startpunt hiervoor is om zicht op het fenomeen te krijgen. In opdracht van CoMensha en VNG en gemeenten Ede en Utrecht onderzochten wij hoe deze twee gemeenten mensenhandel lokaal in beeld brengen. De lessen uit deze gemeenten kunnen andere gemeenten helpen bij het opstellen van hun aanpak mensenhandel.
Diversiteit aan vormen van mensenhandel
Net als op landelijk niveau, treffen we in de onderzochte gemeenten een diversiteit aan vormen van mensenhandel aan. In beide gemeenten spelen seksuele, criminele en arbeidsuitbuiting en binnen deze vormen zijn weer verschillende risicoprofielen te onderscheiden. Mensenhandel neem dus vele verschijningsvormen aan en de kenmerken van slachtoffers zijn divers, wat vraagt om een gedifferentieerde aanpak.
Aanpak van mensenhandel begint bij zicht creëren
Om een gerichte aanpak van mensenhandel te vormen, is het cruciaal om zicht te hebben op het fenomeen. Door gesprekken met professionals en risicogroepen kan de gemeente zicht krijgen op de aard van het fenomeen. De omvang is echter een uitdaging, omdat bestaande registraties ontoereikend zijn om een realistische schatting te maken. Gemeenten kunnen daarom investeren in randvoorwaarden van effectieve informatieverzameling en -uitwisseling:
- Professionals herkennen signalen;
- Er is een eenduidige en toegankelijk registratiesysteem voor signalen;
- Verschillende instanties delen signalen met elkaar;
- Er bestaan duidelijke werkafspraken over informatieverzameling en -deling;
- Er is een doorverwijzingsstructuur en centraal aanspreek- of meldpunt.
Een uitgebreide beschrijving van de bevindingen uit Ede en Utrecht en onze aanbevelingen voor andere gemeenten is terug te vinden het rapport.
Neem voor meer informatie contact op met Yannick.